Basisvertrouwen, ‘basic trust’, bij een kind is het gevoel dat het er mag zijn, dat het het volste vertrouwen heeft dat de (adoptie)ouders er voor hem of haar zijn en blijven, dat het zich rustig kan overgeven aan spel, aan dingen die soms moeten (regels), dat het onbezorgd in het leven staat, dat het genegenheid kan tonen, dat het troost kan zoeken bij de ouders, dat het hulp kan vragen, dat het zich kan concentreren op school, dat het goed samen met andere kinderen kan spelen.
Uit: Basic Trust
Een hechtingsprobleem uit zich niet alleen op het sociaal-emotioneel niveau, maar ook in de uitvoer van dagelijkse vaardigheden. Doorgaans is er bij deze kinderen te weinig rust en zelfvertrouwen om van zichzelf uit te gaan en gaan ze telkens op zoek naar de goedkeuring van anderen. Hun basisveiligheid wordt vanuit de omgeving gehaald. Hiermee blijven deze kinderen vaak kwetsbaar en afhankelijk in hun handelen en komen te weinig toe aan hun eigenheid: wie ben ik en wat past bij mij om wel of niet te doen, wat vind ik belangrijk, wat wil ik kiezen, ben ik tevreden met hoe ik het doe.
Het bewust leren omgaan hiermee op jongere leeftijd maakt dat een kind eerder zijn eigen stappen leert zetten en daarop leert reflecteren